Molens in Alto Aragón - aceitero

Santa Eulalia la Mayor

Santa Eulalia la mayor is een dorp in de Hoya de Huesca streek. In Huesca de N-240 naar Barbastro nemen. Je zal spoedig de Río Flumen kruisen en kort daarna is er een afslag naar links naar Loporzano en Bandaliés (HU-330). Rechtdoor in Loporzano en in Sasa del Abadiado rechts naar Castilsabás (met zijn molen). Daar weer links naar Santa Eulalia. Vind een plaatsje voor je wagen bij de haarspeldbocht onder het dorp. Loop de grintweg af, naar beneden in de Barranco Pitracanera en je zal weldra de resten van de molen kunnen herkennen (zie 1 en 4).

(1) Resten van de molen in de Barranco Pitracanera

(2) De molenvijver met personen die de drukput onderzoeken.
De muren rechts boorden een akker af en staan los van de molen.

Als je bij de molen aan komt, zal je merken dat het pad, dat de oude weg is tussen Santa Eulalia en Barluenga, ligt tussen de vijver (2, 3) en de werk­plaats met de drukput.

De vijver is vrij groot en smal driehoekig (2) en net als de cubo (3) afgeboord met grote op maat gekapte stenen. Het is moeilijk te begrijpen hoe deze configuratie met vijver en drukput van elkaar gescheiden door een weg kan gewerkt hebben. We konden geen enkele verbinding vinden tussen beide en, zelfs als er een verbinding bestond, kon men nooit gebruik maken van de totale volume van de drukput. Toch zeker niet zonder het water op te pompen.

Een vergelijking van enkele oude luchtfoto's (4) toont aan dat de opstelling veranderd geweest is ergens tussen het einde van de jaren 1950 en het einde van de jaren 1970.

In het begin (4 links) lag de drukput tegen het brede eind van de vijver (iets links van de klimop in 3). Dit is opmerkelijk want gewoonlijk lopen de wanden van de vijver taps naar de cubo toe. Dit vormt echter geen hinderpaal voor de goede werking van het system. Later (4 rechts) zien we de drukput vlak naast de korte zijde van het gebouw en er is geen zichtbaar contact meer met de vijver. We kunnen alleen maar gissen naar de reden van deze verbouwing.

(3) Molenvijver, embalse, en drukput, cubo, met ∅ = 2 m.

(4) Links: Vuelo Americano (1956–57) — Rechts: Interministerial (rond 1980)
Let op de plaats van de drukput (zwarte punt in de grijze cirkel) — luchtfoto's © IGN.es

De constructie verkeert in een ellendige toestand. Het dak is verdwenen en de wanden kunnen elk moment omvallen. Wat rest van de installaties is overwoekerd (5) met braam en klimop.

Aan de muren te zien, moet de molen in verschil­lende fasen gebouwd of verbouwd zijn. Het stuk met de cubo is gebouwd met grote op maat gekapte en zorgvuldig gestapelde stenen. De sectie waar het draaipunt van de pers zich bevindt (3 links, 5), is veel onregelmatiger doordat het gebouwd is met natuurstenen die ruim verschillen in vorm en grootte. Het deel dat het verst weg is van de cubo, toont nóg een andere benadering in het optrekken van muren. Er werden kolommen gestapeld uit gekapte stenen en de ruimte tussen die kolommen werd opgevuld met adobe.

Binnen de muren zijn er nog enkele kolommen en muren die het dak te ondersteunden. Sommige werden gebouwd met gekapte stenen, en andere met dunne baksteentjes.

De dichte vegetatie maakt het moeilijk om de binnenkant te exploreren. Men heeft er ook nog eens een oude vervallen houten kar binnen gerold en die staat flink in de weg. We konden geen uit­rusting opdiepen, maar de belangrijkste apparatuur van een oliemolen, de pers en de breker met kant­steen (5–8), waren nog aanwezig. Zij het in slechte toestand.

De kantsteen (6) werd door het water aangedreven. Dat is ongewoon in oliemolens van die streek. In de meeste almazaras werd de kantsteen door een dier rond getrokken. Het onderhuis onder de kollergang (10, 12) is bijna tot tegen het gewelf gevuld met slib, maar voor zover we het kunnen zien verkeert de hou­ten as nog in goede staat. Mogelijks ligt het wiel ook nog in goede gezondheid te rusten onder het slib.

Links en rechts van de as zijn staven zichtbaar (12) die doen denken aan de controlestaven — om het wiel te lichten en te stoppen — in de cárcavo van een bloemmolen. Voor een kollergang zijn ze nutte­loos. Eén van de staven kan de waterklep bediend hebben, maar in dat geval moet de sproeikop, de botana, op een zijwand gemonteerd zijn en dat is nergens elders het geval.

(5) De cantilever pers.
(6) De kantsteen.

(7) Virgenes, staande balken die
het draaipunt van de pers helpen vormen.
Let op de trabón die de hoofdbalk ondersteunt.
(8) Vrije einde van de pers met schroef, husillo.
Het houten blok waar de schroef in draait
heet hembra, of tuerca.

De cantilever pers is bezweken en de hoofdbalk is verrot (7). De talrijke metalen strips verraden dat de vertikale balken, de virgenes, aan het vaste einde van de hefboom extra moesten verstevigd worden. Misschien was de pers al in slechte toestand toen de molen nog in bedrijf was.
Aan het vrije einde van de pers (8) is de schroef, husillo of caracol, uitzonderlijk goed bewaard ge­bleven. Het houten blok waar de schroef in draait (11) draagt een jaartal — AÑO DE 1899 — en de letters B en M, wellicht initialen van de bouwer(s).

(9) Houten plaat, marrano, waaronder de geplette olijven gestapeld worden voor de persing.

(10) Mond van de cárcavo.
(11) Inscriptie op de hembra:
Año de 1899 — B M

(12) Benedenhuis, cárcavo, met de houten as en mogelijke controlestaven links en rechts.

Path: Home / Alto Aragón: oude molens / Santa Eulalia La Mayor
Inleiding
Leer hoe een molen werkt
Bezoek de molens; catalogus
Literatuur en andere websites
© en e-mail: